Gisteren werd er op de sociale media drukte gemaakt om de man die onlangs ‘fuck de koning’ heeft geroepen. Die fuck-roeper, zoals hij inmiddels heet, is natuurlijk niet goed opgevoed, want ‘fuck de koning’ zeggen, dat heurt nu eenmaal niet, maar of er nu ook een fuck-vervolging moet komen, is maar de vraag. Die man heeft zijn fifteen minutes of fame nu al wel beleefd nu hij met zijn snufferd op tv bij het programma Pauw is geweest. Meer bekendheid verdient zo’n aandachtszoeker simpelweg niet
Gisteren balkten sommige twitteraars dat we wat het Woord van het Jaar betreft wel met 2015 kunnen stoppen. Fuck-roeper zou zo stond volgens hen vast, wel het Woord van 2015 worden.
Wie weet, maar de ervaring leert dat bij de Woord van het Jaarverkiezing vooral de woorden die vlak voor de verkiezing zijn ontstaan hoge ogen gooien. Mensen zijn nu eenmaal kort van memorie.
En als we eerlijk moeten zijn: fuck-roeper is geen echt nieuw woord in 2015. Ook in het verleden is het woord al eens aangetroffen. Er wordt namelijk wel vaker ‘fuck’ geroepen of ‘fuck die en die’.
Het blijft toch een beetje jammer dat de fuck-roeper niet eerst een beetje fatsoenlijk Nederlands heeft geleerd. Dan had hij tenminste netjes ‘weg met de koning’ kunnen roepen.
Geef een reactie