Als dingen op het punt staan te verdwijnen, krijgen we daar op de valreep vaak nog allerlei nieuwe woorden voor. Als de plannen van bankiers doorgaan om chartaal geld (bankbiljetten en munten) af te schaffen, zullen we de komende tijd naar verwachting dan ook nog wel een paar nieuwe samenstellingen met geld, munt en (bank)biljet mogen verwelkomen.
Niet dat het volstrekt nieuw is, maar geldgevoel is dezer dagen wel een woord dat furore maakt in de media. Zo schrijft het Algemeen Dagblad vandaag onder de kop ‘Het echte geldgevoel zit toch in munten en briefjes’ dat Nederland nog lang niet toe is aan het afschaffen van baar geld: zo wordt in de winkels nog steeds 60 procent van de aankopen met munten en bankbiljetten afgerekend.’
Geldgevoel maakte zijn debuut rond de invoering van de euro, in 2002. Die euro zou een nieuw geldgevoel geven. Het woord verdween vervolgens uit de media, maar duikt elders wel op als betalingen met plastic geld worden besproken: ‘juist in deze tijd van internetbankieren, chippen, pinnen en creditcards raakt menigeen het echte geldgevoel kwijt.’ Geldgevoel staat dus voor het gevoel dat men concreet iets uitgeeft wanneer men een betaling doet. Bij pinbetalingen is geld uitgeven blijkbaar iets abstracts, dat dus geen geldgevoel oplevert.
Waarschijnlijk is geldgevoel trouwens op voorhand gedoemd een historisch begrip te worden, want ook al zal het geld de wereld wel blijven regeren, dat geld zal vroeg of laat vast en zeker niet meer in uw portemonnee zitten, maar hooguit in uw smartphone of computer.
Geef een reactie