Trouw heeft vandaag een bijlage over architectuur. Onder architecten is de crisis alweer helemaal achter de rug, er moeten talloze nieuwe huizen gebouwd worden en huizenkopers van nu willen wat anders dan een uniform rijtjeshuis of een appartement van dertien in een dozijn. De individualistische woonconsument wil voortaan een woning die zijn eigen karakter tot uitdrukking brengt en voortdurend aangepast kan worden aan zijn behoeften en wensen.
Nou, dan moet die woningkoper zijn huis zelf maar inrichten, denken moderne projectontwikkelaars en architecten, en speciaal voor hem hebben jonge architecten een heel nieuw woonconcept bedacht: het luchtkavel.
Het luchtkavel is eigenlijk een loft. De Dikke Van Dale omschrijft een loft als een ‘woning zonder binnenmuren op een verdieping, m.n. de boven- of zolderverdieping van een voormalig industrieel pand’. Zo’n verdieping kan hoog of laag zijn, maar in het geval van een luchtkavel gaat het om een heel hoge verdieping: een ‘ uit een twee verdiepingen (6 meter) hoge lege ruimte’, aldus Trouw. Zo’n superloft kan de aanstaande bewoner naar eigen wens inrichten. Hij kan er zelfs een vloertje in leggen, waardoor het luchtkavel in twee verdiepingen wordt ingedeeld.
Luchtkavel is een mooi woord, dat echter nog niet erg courant is. Op internet tref je het slechts een handvol keren aan, onder andere in de vakmedia, maar in de krant maakt het vandaag zijn debuut. Het is in feite een woord voor ‘een hoop lucht’ met een casco eromheen. Het zijn dan ook vooral zelfbouwers die in luchtkavels geïnteresseerd zijn.
Geef een reactie