In de Volkskrant gaat de rubriek van De Speld vandaag over twee slut shamers: mensen die anderen voor slet uitmaken en zo als losbandig aan de schandpaal nagelen. Over een zekere Els schrijft De Speld: ‘Onder elk bericht plaatsen ze een reactie waarin ze de vrouw in kwestie uitschelden voor “slet” en “uitgewoonde zaadhoer”. Het kost de bevlogen slut shamers veel tijd, maar dat hebben ze er graag voor over.’
Slut shamer is een Engelse uitdrukking, die vandaag zijn debuut maakt in de Nederlandse media. Veel bekender is slutshaming, een leenwoord op basis van de Engelse uitdrukking slut shaming: het iemand als slet of hoer bestempelen en aan de schandpaal nagelen. Sinds 2013 duikt slutshaming geregeld op in de Nederlandstalige media. Aanvankelijk werd slut shaming op z’n Engels, in twee woorden, gespeld, maar de laatste tijd tref je slutshaming ook als één woord aan. Dat is een indicatie dat slutshaming al behoorlijk vernederlandst is. Een Nederlands alternatief is er (nog) niet en omdat we in het Nederlands nu eenmaal gemakkelijk Engelse termen adopteren, is de kans niet zo heel groot dat we bijvoorbeeld sletschenden als Nederlands alternatief voor slutshaming zullen omarmen.
Nu we het toch over slutshaming hebben, al een tijdlang is schandpalen hard op weg courant te worden als werkwoord voor iemand te schande maken. Schandpalen is dus een synoniem van iemand aan de schandpaal nagelen. Schandpalen heeft geen exclusief seksuele bijklank – het werkwoord wordt bijvoorbeeld ook wel gebruikt voor mensen die fiscale fraude hebben gepleegd – en daarom kan dit werkwoord niet volstaan als synoniem van slutshaming.
Desnoods zou seksueel schandpalen een alternatief voor slutshaming kunnen worden, maar die kans is niet groot: we hebben van nature een voorkeur voor korte aanduidingen en prefereren vaak een (vreemdtalig) woord boven een (Nederlandstalige) woordcombinatie.
Vond u dit artikel interessant? Sponsor de Taalbank dan veilig via Ideal of Paypal!
Geef een reactie