Dankzij de recente gasbevingen (door gaswinning veroorzaakte aardbevingen) in het noorden van Nederland maken we de laatste tijd kennis met een heel nieuw jargon. Zo lezen we vandaag in de krant dat een Gronings huis in Italië is nagebouwd om te bepalen hoe aardbevingsbestendig het is. In Italië komen aardbevingen immers sinds mensenheugenis voor en wordt veel onderzoek naar de effecten ervan gedaan. Het Groningse huis blijkt daartoe te zijn nagebouwd op een trilplaat. En wij maar denken dat een trilplaat een soort fitnessapparaat is.
Diverse kranten schrijven vandaag over dit experiment en in al die kranten wordt instortingsgevaar gerelateerd aan grondversnelling. Dat woord wordt pas sinds een jaar of twee aangetroffen in de Nederlandstalige media, maar onder seismografen en -logen moet het al langer bekend zijn. De laatste tijd lijkt zulk aardbevingsjargon langzamerhand door te dringen in onze omgangstaal en dat betekent dat de kans steeds groter wordt dat het ook opgenomen wordt in algemeentalige woordenboeken, zoals de Dikke Van Dale.
Grondversnelling verwijst naar het schudden van de grond en blijkt in hogere mate maatgevend te zijn voor de omvang van de aardbevingsschade dan de kracht van de aardbeving op de schaal van Richter. De grondversnelling is afhankelijk van de diepte van de aardbeving en van de lokale grondgesteldheid en wordt vaak aangeduid met een Engelstalige afkorting: PGA oftewel Peak Ground Acceleration. De ‘schaal’ wordt uitgedrukt in G-kracht.
Ook al is de gaswinning in Groningen inmiddels wat teruggeschroefd, aardbevingen zullen tot onze realiteit blijven behoren en de kans is dan ook groot dat het seismische jargon de komen de jaren verder ingeburgerd raakt.
Geef een reactie