glasfalt

geplaatst in: Woord van de dag | 0

Soms liggen de nieuwe woorden niet alleen op de deurmat, maar ook vrijwel voor je deur op straat. Zoals glasfalt, dat vanmorgen in De Gelderlander zijn debuut maakt in de kop: ‘Fietsers rijden banden lek op ‘glasfalt’ in Beusichem.

Glasfalt is asfalt waarin glasdeeltjes zijn verwerkt. Dat is niet per ongeluk gebeurd. ‘Bij wijze van experiment zijn (…) stukjes glas in de toplaag aangebracht om de lichtopbrengst in die straten te verhogen zonder extra lantaarns te hoeven plaatsen.’

Laten we het beestje maar bij de naam noemen: de stukjes glas zijn in het asfalt gestopt in het kader van de verduurzaming. Dankzij het glas in het asfalt hoeft Beusichem minder elektriciteit in te kopen om de openbare weg ter verlichten. Op die manier werkt Beusichem op zijn manier aan de CO2-reductie. Dat de behaalde CO2-reductie mogelijkerwijs leidt tot CO2-verspilling elders in de economie (de productie van rubberbanden kost ongetwijfeld ook energie), wordt ongetwijfeld geheel uit het oog verloren.

Maar genoeg gemopperd: glasfalt maakt vandaag weliswaar zijn debuut in de krant, maar niet in onze taal. In april 2011 had RTV Drenthe al een item over De Roo Wegenbouw wegenbouw uit Emmen, die ‘een nieuw soort asfalt had ontwikkeld, namelijk glasfalt. Dit is asfalt waar vermalen wit glas uit de glasbak in is verwerkt.’

Of het woord toekomst heeft, hangt natuurlijk af van de lopende experimenten: als in het Rivierengebied meer gemeenten overgaan tot het verwerken van glas in de toplaag van asfalt, wat de hemel verhoede, wordt het misschien wat met dit porte-manteauwoord, dat is samengesteld van glas en het laatste deel van asfalt.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *