oceaaneconomie

geplaatst in: Woord van de dag | 0

‘De oceaan-economie bloeit’, schrijft Trouw vandaag. Dat er ten onrechte een streepje tussen de samenstellende delen van dit woord staat, is een eerste indicatie dat het om een nieuw woord gaat, dat nog niet eerder in de media is aangetroffen.

Op internet blijkt het fenomeen waarnaar dit woord verwijst wel te vinden te zijn, vooral onder de Engelse noemer ocean economy. Daarmee wordt gedoeld op alle economische activiteiten die op en in de oceanen plaatsvinden: scheepvaart/transport, visvangst, offshore opwekking van (wind)energie, de winning van natuurlijke hulpbronnen van de oceaanbodem of uit het oceaanwater, maritieme biotechnologie, ga zo maar door. We kunnen er gevoeglijk van uit gaan dat oceaaneconomie een vertaling is van ocean economy.

Er gaat nogal wat om in de oceaaneconomie: jaarlijks zo’n anderhalf biljoen dollar. De olie- en gaswinning is goed voor een derde daarvan, zeetoerisme (het reizen op cruiseschepen) is goed voor een kwart van de opbrengst. De meeste banen in de oceaaneconomie zijn echter te vinden in de (industriële) visvangst.

De oceaaneconomie is een wat merkwaardige economie, omdat grote delen van de oceaan van niemand zijn. En dus van iedereen. Dat betekent dat er weinig regie en regelgeving is met betrekking tot de exploitatie van de oceanen, maar dat er ook weinig toezicht op is. Dat kan lastig worden als de oceaaneconomie gaat groeien. En dat gaat zij, althans volgens de Oeso. Dat betekent misschien ook wel dat we het woord nog wat vaker zullen gaan aantreffen. En dan wordt de oceaaneconomie zelfs interessant voor het woordenboek.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *