Dat de stam van het werkwoord sjoemelen een productief deel van samenstellingen is, weten we al sinds de woorden sjoemelwetenschap, voedselsjoemel en sjoemeldiesel in het recente verleden elk wekenlang de media beheersten. Maar sinds deze week hebben we er weer een mooi exemplaar bij: sjoemelzaad. Vandaag gebruikt de Telegraaf-site het woord in een kop boven een bericht, gisteren (28 september) en eergisteren (27 september) figureerde het woord al in het Algemeen Dagblad.
Wat wordt met sjoemelzaad bedoeld? Sperma waarmee gesjoemeld werd. Het woord figureert namelijk in artikelen over donorsperma in een Rotterdamse kliniek. Dat zaad werd soms gemengd om de kwaliteit te verbeteren (‘zaadcellen zwemmen harder als ze concurrentie hebben’) en een enkele keer was een gekozen donor op vakantie en werd – volgens de directie met medeweten van de aanstaande moeder – een andere donor van stal gehaald om vers zaad te leveren (het ‘gesjoemel’ speelde zich lang geleden af, vóórdat het gewoon werd om met ingevroren donorsperma te insemineren).Een ander soort sjoemelen met sperma zou ertoe geleid hebben dat nogal wat kinderen van behandelde vrouwen op diezelfde directeur zouden lijken. De desbetreffende directeur ontkent die aantijging overigens in alle toonaarden: ‘Mijn prostaat is lang geleden verwijderd. Dus ik kan niet eens doneren.’
Gisteravond mocht een complete sjoemelzaadfamilie (dixit de Telegraaf), bestaande uit negentien halfbroers en –zussen, aanschuiven bij Pauw. De verwachting is dan ook dat de affaire nog wel even in het nieuws zal blijven en dat sjoemelzaad, dat deze week zijn debuut in de media maakte, in de nabije toekomst nog wel wat vaker zal kunnen worden aangetroffen.
Vic
Ach je kan beter zaadzaaien dan haatzaaien…..