Een halve eeuw geleden was exotisch een ander woord voor ‘uitheems’. Exotische vruchten werden uit den vreemde geïmporteerd, exotische planten werden van ver aangevoerd en een exotisch oord lag aan de andere zijde van de wereld. Aan het einde van de 20e eeuw kreeg exotisch een extra betekenis: ‘ongewoon, vreemd, ‘ongebruikelijk’. In die figuurlijke betekenis wordt het woord nu vaak gebruikt. Over mensen met een afwijkende opvatting bijvoorbeeld kun je zeggen dat ze een exotische mening hebben.
Wordt een woord eenmaal gebruikt als synoniem van ‘ongewoon’, dan duurt het meestal niet lang meer of de betekenis verzwakt verder tot ‘erg’, ‘heel’ of ‘zeer’ (‘het is vandaag zonderling koud’), maar ook buitenissig (‘een buitenissig mooie film’).
As we speak overkomt het exotisch. In de spreektaal is ‘exotisch mooie muziek’ (erg mooie muziek) of ‘een exotisch mooie Porsche’ al niet vreemd meer.
Zelfs in geschreven teksten wordt exotisch soms al als versterkend bijwoord gebruikt. Zo noemde een (regionale) krant de grote teunisbloem, een uit Noord-Amerika afkomstige uitheemse plant, enigszins woordspelig ‘een exotisch mooie exoot’. Over een paar jaar vinden we zo’n zinnetje ongetwijfeld exotisch gewoon.
Geef een reactie