Gisteren troffen we in NRC Handelsblad een merkwaardig woord aan: mwah-collega. En wij, beroepsgedeformeerd als we zijn, vroegen ons natuurlijk meteen af of dat koppelteken eigenlijk wel in dat woord hoort.
Maar eerst maar eens wat over de betekenis van het woord: een mwah-collega is een collega met wie je niet heel erg goed bevriend bent, maar aan wie je ook geen hekel hebt. Een collega die je tamelijk onverschillig laat en dat gevoel zal ongetwijfeld wederzijds zijn.
Mwah-collega is gevormd met het tussenwerpsel mwah, dat volgens de Dikke Van Dale wordt gebruikt ‘ter uitdrukking van twijfel of gematigd enthousiasme over een voorstel of idee’. En naar nu dus blijkt ook ter uitdrukking van matig enthousiasme voor een persoon. Het is een grappig ogende samenstelling, mwah-collega, maar of het woord beklijft? Mwah, we gaan het zien. Hoewel wij er zo onze twijfels over hebben. Het is eigenlijk een beetje een – excusez le mot – mwahwoord.
De spelling dan. Samengestelde woorden worden in principe aaneengespeld, zonder koppelteken, behalve bij klinkerbotsingen. Dat geldt ook voor samenstellingen met een tussenwerpsel als eerste lid. Zijn die er dan? Jazeker: wowmoment is een mooi voorbeeld: het ‘moment waarop men door verbazing, ontzag overvallen wordt’ aldus de Dikke Van Dale. Oepsreactie is een ander voorbeeld: ‘gevoel dat men krijgt als men geconfronteerd wordt met een vergissing, stommiteit’ (Dikke Van Dale),
Als het nieuwe woord voor die collega die ons eigenlijk koud laat dus ingeburgerd raakt, dan moet het wel correct gespeld worden: zonder koppelteken, als mwahcollega.
Geef een reactie