Waren we voor het Woord van de Dag nét uitgeweken naar de krant van gisteren – ook in neologismenland is het komkommertijd! – komt De Telegraaf op de proppen met een prachtig nieuw woord, althans een woord dat tot nu in Van Dale ontbreekt: satansaap. Dat blijkt een lekenterm te zijn voor de baardsaki, volgens Van Dale een ‘kleine aap uit de Nieuwe Wereld’ die luistert naar de Latijnse naam Chiropotes.
Chiropotes is strikt genomen een wetenschappelijke naam voor een geslacht van apen, namelijk de baardsaki’s, uit de familie van de sakiachtigen. Tot dat geslacht behoren – zo leert een Engelstalige encyclopedie – vijf soorten, namelijk Chiropotes albinasus (met een witte neus), Chiropotes utahickae (genoemd naar een zekere mevrouw Uta Hick), Chiropotes israelita (met een zwarte rug), Chiropotes chiropotes (met een rode baard) en Chiropotes satanas (die blijkbaar iets wegheeft van Satan, althans van de voorstelling die wij ons bij de prins der duisternis maken).
Daar hebben we ‘m: de satansaap. Deze aap uit het Amazonegebied staat bekend om zijn ‘karakteristieke baard en de relatief grote, dikke staart’, schrijft De Telegraaf. Of bekend? Het dier wordt in zijn natuurlijke leefgebied met uitsterven bedreigd en in Europa waren er tot vandaag maar twee dierentuinen waar de aap te zien was. Vanaf nu – en daarom komt de satansaap vandaag in het nieuws – is hij echter ook in de Apenheul te bewonderen.
Nog even over die naam: die heeft de satansaap volgens een Spaanstalige website te danken aan zijn kapsel. Vanuit een bepaalde hoek bekeken zou je zijn pony als een setje duivelshoorns kunnen interpreteren. Nou ja, oordeel zelf maar. Wij zullen die aap niet verder demoniseren.
Geef een reactie