‘Wat gebeurt er met een stad als die treinen die er écht toe doen, minder vaak het station aandoen of daar voortaan alleen nog maar met een wijde boog omheen rijden?’ Zo begint Kees Thies vandaag zijn column in het AD, editie De Dordtenaar.
Zijn vraag is actueel, want sinds de NS een nieuwe dienstregeling hanteert, stoppen er minder treinen in Dordrecht. Hierdoor wordt de stad minder aantrekkelijk voor forenzen, aldus de columnist, die vreest dat de stad hierdoor een boemeldorp zal worden.
Boemeldorp is een nieuw woord. Het is een neerbuigende benaming voor een infrastructureel onbelangrijke plaats (dorp of stad), waar alleen nog boemeltreintjes vertrekken.
Het woord maakt vooral mooi duidelijk dat boemelen, waar boemeltrein mee samengesteld is, geen woord is met gunstige betekenis. Of het woord ook beklijft, is de vraag. Daarvoor moet het zich eerst verspreiden. Vanuit Dordrecht. Niet per boemeltje, maar met een sneltreinvaart.
Jasper van Weerd
Dort’ moet blij zijn, in Oosterhout hebben ze niet eens een station. Eerst even eten.