Ruim twee jaar geleden maakte laadpaalklever zijn mediadebuut in onze taal, een woord dat nog steeds een actuele problematiek benoemt en daarom eind 2018 zelfs door het genootschap Onze Taal werd uitgeroepen als concurrent van het Van Dale Woord van het Jaar. Vandaag gaat laadpaalklever in zekere zin in reprise, maar dan in de verkorting paalklever. Onder de kop ‘Paalklevers bestrijden’ publiceert De Telegraaf vandaag namelijk een ingezonden brief:
Er wordt nogal geklaagd over de laadpaalklevers. Dat is simpel op te lossen: als de auto is opgeladen dan krijgt de bestuurder via zijn mobiele telefoon een melding. Vervolgens heeft hij 15 minuten om de auto te verplaatsen naar een gewone P, zo niet, dan betaalt hij 1 euro voor elk kwartier dat de auto niet weg is. Dat kan softwarematig gewoon geregeld worden en maakt het kleven erg duur.
Taalgebruikers hebben een voorkeur voor korte woorden. Vanuit dat perspectief zou het niet verbazingwekkend hoeven zijn als paalklever, dat op Twitter dit jaar ook al een paar keer is aangetroffen, uiteindelijk een volwaardig alternatief wordt voor laadpaalklever. Dat zal in elk geval zeker gebeuren als ook paal als verkorting van laadpaal ingeburgerd raakt. En als dat eenmaal het geval is, is ook de weg vrijgemaakt voor nóg een synoniem, dat merkwaardig genoeg nog niet is aangetroffen: paalplakker.
Definitie
paalklever (m, -s) iemand die zijn elektrische auto na het opladen van de accu aan een openbare laadpaal laat staan, verkorting van laadpaalklever
Geef een reactie