Bijna een jaar lang stonden – in navolging van Grethe Thunberg – de Belgische klimaatspijbelaars in de schijnwerpers van de media, maar de laatste tijd wordt duidelijk dat er wat barstjes zijn gekomen in de samenwerking tussen de kinderen die voor het klimaat spijbelen dan wel staken. De Belgische krant Het Laatste Nieuws schrijft daar vandaag over:
De klimaatspijbelaars zijn klimaatkibbelaars geworden. Nog eventjes en de doorsnee Vlaming heeft, door al dat gehakketak, de buik vol van de klimaatstrijd.
Hoe treurig misschien ook qua betekenis, qua klank is het woord klimaatkibbelaar veel mooier dan klimaatspijbelaar. Dat komt dankzij de herhaalde k-klank. Daarnaast is het een treffend woord, omdat klimaatkibbelaar onwillekeurig (dankzij de rijmende woorden kibbelaar en spijbelaar) het tweede deel van de samenstelling klimaatspijbelaar in gedachten roept.
Of klimaatkibbelaar een toekomst heeft, hangt af van de klimaatspijbelaars zelf. Zijn die in staat de eenheid te herstellen of valt hun beweging (als gevolg van te grote ego’s) uiteindelijk uiteen?
Definitie
klimaatkibbelaar (de -s) benaming voor klimaatactivisten en -spijbelaars die persoonlijk met elkaar overhoop liggen en/of die publiekelijk ruziën over hun doelstellingen en de middelen om hun klimaatdoelen te bereiken
Geef een reactie