ruttocratie

geplaatst in: Woord van de dag | 0

Historicus Thomas von der Dunk schrijft vandaag in de Volkskrant dat we een einde moeten maken aan tien jaar ruttocratie. In zijn opiniestuk valt het woord ruttocratie een keer of drie en uiteindelijk sluit hij zijn betoog er ook mee af:

Met de zeespiegelstijging voor ogen wordt het hoog tijd dat de kiezer het electorale dak van het VVD-kaartenhuis in vlammen zet, voordat ons land straks dankzij voortgezette ruttocratie letterlijk verzuipt.

Ruttocratie is natuurlijk gevormd van de eigennaam (Mark) Rutte en het achtervoegsel –cratie. De tussengevoegde o tref je vaker aan in woorden die eindigen op -cratie. Denk maar aan corruptocratie, expertocratie, maar ook woorden die gevormd zijn met een klassiek Grieks woord, zoals dikastocratie, dat afgeleid is van het Griekse woord voor rechter: dikastḗs.

De naam Rutte duikt vaker op in woorden, zoals verrutten (dat een toespeling is op verrotten), ruttedoctrine en nu dus ruttocratie. Het zijn doorgaans kritische woorden.

De suggestie die van ruttocratie uitgaat, is dat het om een neoliberale regeringsvorm gaat waarbij Rutte in hoogst eigen persoon de belichaming is van het neoliberalisme.

Eigenlijk wordt ruttocratie pas een interessante taalvorm als het woord gebruikt wordt voor een regering waarin Rutte al helemaal niet meer aan deelneemt, maar dat nog wel in zijn neoliberale geest opereert. De kans daarop lijkt minimaal, want elke politicus wil nu eenmaal zijn eigen stempel drukken op de koers van zijn partij.

Definitie

ruttocratie (de, ruttocratieën) staatsvorm die ingericht is volgens het neoliberale model dat de VVD ontwikkelde tijdens het leiderschap van politicus Mark Rutte

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *