In zijn column in Trouw schrijft Stevo Akkerman vandaag over het vluchtelingenvraagstuk, dat sinds de machtsovername in Afghanistan door de taliban weer hoogst actueel is. Want mede in reactie daarop worden overal in Europa hekken gebouwd om vluchtelingen te weren. Akkerman:
‘Verhekking’, noemde hoogleraar Leo Lucassen dit op Twitter. En dat is het inderdaad. Er is in Europa sprake van ernstige verhekking, niet alleen in fysieke zin, er heerst ook verhekking van het denken, en van het hart.
Lucassen is zeker niet de bedenker van het woord verhekking. In 1993 introduceerde VVD-parlementariër Broos van Erp het woord verhekking omdat hij zich zorgen maakte om het toenemend aantal hekken die op het platteland om (bedrijfs)terreinen werden gezet. Hij vond dat jammer voor ‘de fietsende en wandelende recreant’. In navolging daarvan werd ‘de verhekking van het groen’, ‘van het buitengebied’ of zelfs ‘de verhekking van Nederland’ eind jaren negentig een tijdlang een issue in het landschapsbeheer en in de politiek. Na 2000 ebde het gebruik van het woord even weg, maar met de komst van de wolf naar Nederland tref je het sinds een paar jaar weer regelmatig aan.
Lucassen gebruikt verhekking nu in een andere, nieuwe betekenis: het letterlijk afsluiten van de EU door hekken langs de landsgrenzen te plaatsen. Akkermans past het woord in het verlengde hiervan meteen figuurlijk toe. Hij heeft het over de ‘verhekking van het denken, en van het hart’, waarmee hij onder meer kan verwijzen naar het afsluiten van hoofd en hart voor impulsen en emoties van buitenaf. Zo worden hoofd en hart gekooid. Vooral die figuurlijke betekenis is interessant.
Definitie
verhekking (de, -en) 1 omheining of afsluiting van een terrein of streek door het plaatsen van een hek, bv. om betreding door wilde dieren of ongewenste personen te voorkomen 2 (figuurlijk, weinig gebruikt) het zich afsluiten voor impulsen en emoties van buitenaf
Geef een reactie