Sommige woorden zijn uit oogpunt van betekenis niet strikt noodzakelijk. Zo hebben we al het bijvoeglijk naamwoord woke, als is dat door zijn Engelse herkomst niet in alle contexten gemakkelijk te gebruiken. Gisteren breidde Telegraaf-columnist Rob Hoogland het adjectief wokistisch toe aan onze woordenschat:
Je bent toch Nederlander, nietwaar. Schaakpuzzeltjes oplossend en flauwe appjes versturend was ik vooral met mijn telefoon bezig, en níet met de flagrante wokistische aanrandingen waarmee de kunstvorm muziek reeds negen ESF-songs achtereen op de kwelbuis was onteerd.
Op het eerste gezicht kun je wokistisch als een afleiding van wokisme beschouwen, maar in de context is het woord natuurlijk (ook) een synoniem van woke.
Toch is wokistisch een nuttige verrijking van onze woordenschat, want het klinkt Nederlandser dan dat vermaledijde woord woke, dat nog altijd op z’n Engels wordt uitgesproken.
Dus de woke gast met een hart voor de Nederlandse taal kan overwegen wokistisch te omarmen.
Definitie
wokistisch (bijvoeglijk naamwoord) 1 van, volgens het wokisme 2 woke
Geef een reactie