Soms lees je een woord in de krant dat zo onwaarschijnlijk is dat je niet eens in de corpora hoeft te checken of het nieuw is. Zo laat Willem Pekelder vandaag in Trouw het woord celibatairenindustrie vallen in een bespreking van een documentaire over de Japanse jeugd, die maar moeilijk aan een partner komt:
Oorzaak: de seksen leven in dat land streng gescheiden. Bovendien zijn de jongens er verlegen en de meisjes veeleisend (…) In Tokio is op die wijze een hele celibatairenindustrie ontstaan, waar jongeren tegen betaling kunnen leren knuffelen en lepeltje-lepeltje liggen.
Een tak van economie die zich bezighoudt met het sociaal opvoeden, begeleiden en misschien ook wel vermaken van mensen die niet aan de man, vrouw of non-binair kunnen komen, zo zou je celibatairenindustrie kunnen omschrijven. Het woord sluit naadloos aan bij vergelijkbare woorden op industrie die verwijzen naar een tak van de economie die zich niet bezighoudt met het voortbrengen van concrete halffabrikaten of goederen, maar met het verlenen van zorg. Vergelijkbare samenstellingen die we eerder hebben aangetroffen en waarin het eerste woorddeel dus een persoonsaanduiding bevat, zijn bejaardenindustrie, invalidenindustrie en ziekenindustrie (‘De ziekenindustrie is harde business geworden’). Vooralsnog zijn dit soort samenstellingen meestal gelegenheidswoorden.
Definitie
celibatairenindustrie (de, -ën) tak van de economie die zich bezighoudt met het verlenen van diensten aan celibataire singles
Geef een reactie