De Volkskrant schrijft vandaag over ‘de morele en sociale afbraak binnen onze maatschappelijke instituties’. Hoelang kan die ontwikkeling goed blijven gaan of komt er een punt dat de democratische rechtstaat hierdoor ineenstort? De Duitse staatsrechtgeleerde Böckenforde betoogde ooit dat de individuele moraal en een verbindend, collectief ethos noodzakelijk zijn voor een gezonde democratie en rechtsstaat. Daarbij speelt de gemeenschap een grote rol: familie, scholen, verenigingen, kerken e.d., aldus de Volkskrant:
In al deze instituties leren mensen andere dan op het eigenbelang gerichte manieren van omgaan met elkaar, en oefenen ze hun sociale vermogens. Al doende ervaren mensen zo erkenning: het gevoel ertoe te doen en erbij te horen. Hier ontstaan vertrouwen, engagement, onderlinge verbondenheid.
Door de recente vermarkting van allerlei zaken op het gebied van onderwijs, gezondheidszorg en sociale zekerheid is er mogelijk sprake van ‘morele en sociale afbraak’, die zou kunnen leiden tot een plotselinge ineenstorting van de rechtsstaat en democratie. Dat zou volgens de auteurs van het Volkskrant-artikel het böckenfordemoment zijn.
Böckenfordemoment, een nieuw woord, is een eponiem: een woord vernoemd naar een persoon. Eigenlijk is te hopen dat het woord niet courant wordt.
Definitie
böckenfordemoment (het, g.mv.) moment waarop onverwacht, hoewel de druk erop steeds groter is geworden, de democratische rechtstaat instort, genoemd naar de Duitse staatsrechtgeleerde Ernst-Wolfgang Böckenförde (1930-2019)
Geef een reactie