Trouw schreef gisteren over spirituele belevenissen in bosachtige streken. En over spirituele waarden die ‘een rol te spelen in het beheer en gebruik van bossen’. Dat soort waarden blijken over de hele wereld een rol te spelen. Trouw doopt het fenomeen dan ook als bosspiritualiteit. Dat is niet alleen een nieuw, maar ook een vrij bijzonder woord, want spiritualiteit figureert niet zo heel vaak in samenstellingen met een plaatsbepaling als eerste woorddeel. Stadsspiritualiteit, strandspiritualiteit, Waddenspiritualiteit – het zijn zeldzame of niet bestaande taalvormen.
Wat maakt het bos zo bijzonder, dat bosspiritualiteit blijkbaar wel een begrip (in wording) is?
Een onderzoeker van bosspiritualiteit zegt dat het bos gemakkelijk ‘gevoelens van eenheid met de natuur’ kan oproepen. Hij wijst bovendien op de ‘troostende en helende effecten van het bos’
Definitie
bosspiritualiteit (de, g.mv.) spiritualiteit die verband houdt met bosrijk gebied, m.n. doordat het bos gemakkelijk gevoelens van eenheid met de natuur kan oproepen
Geef een reactie