De slagersjongen op zijn transportfiets, mand voorop met vleeswaren erin en altijd vrolijk zingend – zo heeft hij zich genesteld in het collectieve geheugen. Want als in de jaren vijftig of zestig de slagersjongen weer eens het vlees voor de komende week kwam bezorgen, dan hoorde je hem al van verre aankomen, de nieuwste hit van Eddy Christiani of Harry Belafonte op zijn stembanden.
Ongemerkt is hij uit het straatbeeld verdwenen – net als zoveel andere ‘jongens’: de bakkersjongen, de drukkersjongen, de kruideniersjongen – en geleidelijk aan verdwijnt hij ook uit de taal.
De slagersjongen staat al niet meer tussen slagershond en slagersmes in de Dikke Van Dale. Hij staat alleen nog bij het lemma jongen opgesomd tussen schoenmakersjongen en spekslagersjongen.
De ‘jongens’ van toen kunnen nu trouwens ook meisjes zijn en ze heten inmiddels koerier.
Vond u dit artikel interessant? Sponsor de Taalbank dan veilig via Ideal of Paypal!
Geef een reactie