coronaparanoia

geplaatst in: Woord van de dag | 0

Gisteren maakte op BNR radio de alliterererende samenstelling coronacrisis zijn mediadebuut en het wachten op meer samenstellingen met corona wordt vandaag al beloond. In zijn column in Het Parool introduceert Theodor Holman vandaag het woord coronaparanoia in een inhoudelijk niet geheel onherkenbare dialoog:

“Niet zeuren! We gaan vanaf morgen met een mondkapje lopen. We wonen in Amsterdam. Heb je gezien hoeveel Chinezen hier zijn?”
“Discrimineer je nu niet Chinezen?”
“Hallo? Het is voor onze eigen veiligheid, ja.”
“Allemachtig. Je hebt coronaparanoia! Dus mondkapjes kopen, duizend papieren zakdoekjes. En Chinezen mijden. Nog meer?”
“Wil je nu je handen extra wassen? Dus je moet ook ontsmettende zeep kopen. Ik denk een liter of dertig.”

Coronaparanoia valt alleen al op omdat paranoia niet zo vaak als tweede deel in samenstellingen voorkomt. Griepparanoia? Nooit van gehoord. Ebolaparanoia? Prachtig woord hoor, daar niet van, maar het bestaat niet.

Maar nu hebben we dus wel coronaparanoia. Hierin wordt paranoia niet in de eigenlijke psychiatrische betekenis gebruikt, maar in de figuurlijke betekenis ‘ongerechtvaardigde (en overdreven) achterdocht.

Coronaparanoia zal vast niet de laatste nieuwe (gelegenheids)samenstelling met corona zijn.

Definitie

coronaparanoia (de, g.mv.) overdreven achterdocht jegens bepaalde mensen van wie je (al dan niet terecht) vreest dat ze je met het coronavirus zouden kunnen besmetten

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *