ongelijkheidsvirus

geplaatst in: Woord van de dag | 0

Afgelopen zaterdag stond in Trouw een artikel over de risicosamenleving, de samenleving waarin mensen dermate gewend zijn aan de afwezigheid van gevaren dat ze risico’s voor zichzelf en anderen geheel willen uitsluiten. Volgens het artikel is de uitbraak van het coronavirus wat dit betreft een realitycheck: het besef is gerezen dat het simpelweg niet mogelijk is alle risico’s uit te sluiten:

De sociale strijd is verschoven naar de verdeling van risico’s. Dat is cruciaal: Welke offers willen we brengen om het virus terug te dringen?

In het artikel wordt het coronavirus vervolgens een ongelijkheidsvirus genoemd:

Iedereen kan besmet worden, maar het is zeker een ongelijkheidsvirus. De verschillen tussen arm en rijk nemen door de lockdownmaatregelen gigantisch toe, de onderwijsachterstanden ook. Het is ook een etnisch ongelijkheidsvirus, mensen met een migratieachtergrond raken vaker besmet en hebben hogere sterftecijfers.

Ongelijkheidsvirus is niet een volstrekt nieuw woord. Vorig jaar werd er ook al op gewezen dat het coronavirus medisch gezien bepaalde groepen harder raakt dan andere. Nu blijkt dat de kans groot is dat ook de maatschappelijke gevolgen van het virus niet gelijkelijk verdeeld worden over alle leden van de samenleving. Zo kan corona uiteindelijk leiden tot meer (sociale en economische) ongelijkheid.

Definitie

ongelijkheidsvirus (het, -sen) virus dat bepaalde groepen – bv. ouderen of armen – harder raakt dan andere, zowel in medisch als in sociaaleconomisch opzicht

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *