In de Volkskrant betoogt een jeugdige juriste vandaag dat de wereld beter moet, maar dat dat alleen kan als de oude garde in het bedrijfsleven plaatsmaakt voor jong bestuurlijk elan. De Volkskrant vat het aldus samen;
We kunnen niet op boomer-bestuurders wachten om bedrijven klimaatbewust te maken
Voor die boomerbestuurders is duurzaamheid namelijk minder vanzelfsprekend dan voor jongeren, die zijn ‘grootgebracht met duurzaamheid on top of mind en in hun opleiding’. De boomerbestuurders zijn ook niet meer nodig, aldus de juriste, want:
Gelukkig staat er een generatie bestuurders klaar die de benodigde kennis met de paplepel kreeg ingegoten.
Boomerbestuurder is een tot dusver onbekende samenstelling met boomer (u weet wel, van OK, boomer!), met een negatieve bijklank, want boomers zijn volgens de in duurzaamheid gepokte en gemazelde jeunesse dorée hopeloos achterop geraakt. Interessant is dat in het opiniestuk ook andere samenstellingen met boomer te vinden zijn: boomerberoepsgroep en boomertemtpo. Met dat laatste woord wordt de slakkengang bedoeld waarmee de 50-plussers onder ons (boomers!) volgens de bloem der natie nog actief zijn.
In boomerbestuurder en de andere vermelde samenstellingen is boomer een negatieve kwalificatie. De kans is groot dat als de duurzaamheidskwestie tot een generatiekwestie wordt gemaakt, boomer vaker als eerste deel in samenstellingen met een negatieve betekenis zal gaan voorkomen.
Definitie
boomerbestuurder (de, -s) (schertsend of scheldwoord) iemand van geposeerde leeftijd die een organisatie bestuurt, maar volgens jongeren alleen al door zijn leeftijd en het daarmee gepaard gaande gebrek aan doorleefde kennis over ecologie, klimaatverandering en allerlei maatschappelijke trends niet goed in staat is zo’n organisatie adequaat voor te bereiden op een duurzame toekomst
Geef een reactie