drimmelen

Onder het kopje ‘Nieuwe woorden’ schrijft Telegraaf-columnist Rob Hoogland vandaag:

Joehoe, Dikke Van Dale! Tijd voor enkele nieuwe werkwoorden. Ik denk vooral aan drimmelen en aan kagen.

Beide werkwoorden zijn zogeheten eponiemen: woorden gebaseerd op basis van namen van personen, in dit geval D66-politici. Laten we ons beperken tot het werkwoord drimmelen. Dat is gevormd met de achternaam van partijprominent en -strateeg Frans van Drimmelen, die tevens adviseur is of was van partijleider Kaag.

Over Van Drimmelen schreef de Volkskrant afgelopen zaterdag dat hij zich jegens een vrouwelijke partijmedewerker bij herhaling grensoverschrijdend had gedragen. Volgens de Volkskrant was de partijtop daar al voor de verkiezingen van op de hoogte, maar werden de conclusies van een onderzoek naar Van Drimmelen verdoezeld en weggemoffeld. Kortom, MeToo en doofpotpolitiek in de polder.

Op de sociale media zong dit verhaal zich afgelopen weekend rond, waarbij vooral de werkwoorden drimmelen en bedrimmelen veelvuldig werden genoemd. Zo twitterde polderpopprominent Henk Westbroek gisteren:

Het extra tragische is dat je van iedere prominente D66 vrouw geneigd bent je nu af te vragen of ze zo prominent is vanwege haar kwaliteit. Of dat ze haar functie kreeg omdat ze bereid was zich te laten bedrimmelen.

Hoewel drimmelen en bedrimmelen al op 10 respectievelijk 11 december 2020 hun Twitterdebuut maakten, waren beide werkwoorden tot gisteren niet in de mainstreammedia te vinden. Hooglands column canoniseert nu in elk geval het werkwoord drimmelen en het is niet denkbeeldig dat bedrimmelen binnenkort ook zal opduiken in een column of commentaar.

Hoewel zulke eponiemen op basis van namen van politici het publiek tijdelijk kunnen aanspreken, verdwijnen ze vaak snel uit de omgangstaal. Zelfs belubberen – ‘met mooie woorden en halve waarheden iemand belazeren’, in 1983 gevormd op basis van de naam van premier Ruud Lubbers – is immers nooit algemeentalig geworden, en ook berutten of beruttelen (afgeleid van de naam van premier Rutte) is nog lang geen ingeburgerd werkwoord. Met (be)drimmelen zal het waarschijnlijk niet veel anders gaan.

Definitie

drimmelen (overgankelijk ww., drimmelde, h. gedrimmeld) seks hebben met iemand wiens of wier politieke carrière je kunt maken of breken, synoniem bedrimmelen: gedrimmeld worden, zijn, in de politiek een slachtoffer worden, zijn van seksueel grensoverschrijdend gedrag; genoemd naar lobbyist en D66-partijstrateeg Frans van Drimmelen (1965)