Kloven, nog niet zo lang geleden zag je die alleen als je op vakantie ging naar de bergen. Nou ja, je zag ze ook weleens in je handen, in de winter, als het erg koud was. Maar de laatste decennia komen er steeds meer kloven bij: generatiekloven, cultuurkloven, inkomenskloven, informatiekloven, kenniskloven, armoedekloven. Tussen mannen en vrouwen bestaat er volgens deskundigen zelfs een wiskundekloof (verschil tussen de seksen t.a.v. de kennis van de wiskunde) en tussen jong en oud is er een digikloof (verschil in kennis over en vaardigheid in het gebruik van internet, m.n. tussen verschillende groepen).
Sinds vandaag hebben we er een kloof bij: de voedingskloof. Margriet Oostveen schrijft vandaag in De Volkskrant over het gezondheidsverschil tussen rijke kinderen (‘kinderen in A’dam Zuid’) en arme kinderen (‘kinderen in A’dam Zuidoost’). Arme kinderen eten minder gezond en zijn soms zelfs te mager, maar als ze te dik zijn, zijn ze ongezonder te dik dan rijke kinderen: ‘Kinderen die te overdadig maar wel goed eten zijn over hun hele lichaam dikker, het vet in Zuid is steviger dan dat in Zuidoost.’ Ziedaar de voedingskloof in een notendop.
We zouden die voedingskloof naar analogie van de andere maatschappelijke kloven natuurlijk ook meteen al kunnen definiëren: het verschijnsel dat kinderen van welvarende ouders betere voeding krijgen (en daardoor gezonder zijn) dan kinderen van arme ouders.
Geef een reactie