Volgens de Dikke Van Dale is struikelsteen een in België gangbaar alternatief voor wat in Nederland meestal een struikelblok heet. Struikelsteen wordt vandaag in NRC Next echter ook gebruikt als vertaling van het Duitse woord Stolperstein.
Stolperstein betekent in het Duits in het algemeen struikelblok (of struikelsteen dus), maar wordt in ons taalgebied meestal specifiek gebruikt ter aanduiding van stenen die in de stoep geplaatst wordt voor het voormalige woonhuis van een holocaustslachtoffer, iemand – een Jood, een homo, een Jehova’s getuige of een Sinti dan wel Roma – die het slachtoffer is geworden van de naziterreur tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Zo’n Stolperstein bevat een messing plaatje met de naam en de geboorte- en overlijdensdatum van het nazislachtoffer. Als een Stolperstein voor een woning is geplaatst waaruit meerdere mensen zijn weggevoerd, bevat deze gewoonlijk net zoveel messing plaatjes als er nazislachtoffers in het huis woonden.
Het idee achter de stolperstenen (zoals ze in onze taal ook heten) is dat ze een blijvende herinnering vormen aan een mens die het slachtoffer is geworden van een perfide ideologie. De stolperstenen zijn een initiatief van de Duitse kunstenaar Gunter Demnig, die in 1997 de eerste exemplaren plaatste in Berlijn en Keulen. In Nederland liggen er inmiddels honderden, zo niet duizenden.
De woorden struikelsteen en stolpersteen (in de Duitse oervorm Stolperstein) zijn vandaag in het nieuws omdat afgelopen weekend in Rotterdam een paar van die stenen uit het trottoir zijn gehaald. Kranten zoals het Algemeen Dagblad en NRC Next berichten dat de politie er vooralsnog niks (antisemitisch) achter zoekt en ervan uitgaat uit dat de daders ordinaire koperdieven zijn. Of zo’n complexe diefstal rendabel kan zijn, is de vraag. Misschien voor kruimeldieven: de metaalwaarde van de plaatjes bedraag namelijk niet meer dan 2 euro.
Geef een reactie