Voor de Weerwoordverkiezing 2016 komt het te laat, maar in het rijtje voor die verkiezing genomineerde meteorologische woorden zou sneeuwbalwolk, dat vandaag zijn debuut maakt in de media, bepaald niet hebben misstaan.
Eerst even over die Weerwoordverkiezing, daarvoor zijn de volgende woorden genomineerd: flitswinter, sokkenzomer, zouteloos weer, sweattember, parapluplan, straatsen, parelmoerwolken, lekwolk, boterbloemhoogte, geluksbui, babybilletjesweer, pegeltjesnacht, zinloos gesneeuw, petrichor, weersandwich, wiewaaitweg-dag, opdroogdagje, speculeerweer, puinhoopheet, vandaalhagel, waddenspatje, bladmoes – veel meteorologische gelegenheidswoorden dus. En nogal wat woordspelingen.
Over straatsen schreven we eerder dit jaar al en lekwolk gebruiken wijzelf soms in navolging van de dwerg Kwetal uit een Toonder-verhaal wanneer we onze paraplu ‘een schutsel tegen lekwolken’ noemen. Flitswinter en parelmoerwolk zouden weleens blijvende verrijkingen van de omgangstaal kunnen worden.
Sneeuwbalwolk, dat vandaag in een bericht in het Nederlands Dagblad figureert, is ook een typisch gelegenheidswoord, in dit geval voor een wolk die (min of meer toevallig) oogt als een grote sneeuwbal.
Zo’n bolvormige wolk was onlangs in Japan te zien en een twitteraar had daar bij Fujisawa, een stad ten zuiden van Tokio, foto’s van gemaakt. De sneeuwbalwolk leek nogal op een wolk die in 2015 boven Japan te zien was geweest. Hadden we misschien te maken met een nieuw wolkentype?
Nee, een Australische meteoroloog denkt dat we te maken hebben met een ordinaire rolwolk: ‘Dat is een wolk in de vorm van een cilinder die ontstaat als koudere lucht die met een onweersbui meekomt vanaf enige hoogte, in aanraking komt met veel warmere lucht aan het aardoppervlak.’ Zo’n wolk kan bolvormig lijken als je er vanaf een bepaald punt naar kijkt. ‘Dat betekent dat de fotograaf zo gelukkig was dat hij op de goede plaats stond om een interessante foto te maken van een verder oninteressante wolk.’
Joske Vermeulen
Ik merk dat “ochtendgrijs” hier niet is opgenomen. Het is een eigen uitvinding die VRT-weerman Frank De Boosere al een aantal jaren gebruikt en die m.i. geen uitleg behoeft. Je begrijpt onmiddellijk wat hij bedoelt, als hij zegt dat “het ochtendgrijs nog niet is opgetrokken”.