fantasiecultus

geplaatst in: Woord van de dag | 0

‘Wetenschap is geen onschuldig tijdverdrijf’, schrijft denker des vaderlands René ten Bos vandaag in het Financieele Dagblad. Hij doet dat naar aanleiding van het boek De Mensmachine van Mark O’Connell, dat een inkijk biedt in het transhumanisme, de stroming die zich richt op het technologiseren van het lichaam, met het uiteindelijke doel de mens onsterfelijk te maken.

Dat transhumanisme is volgens Ten Bos onderdeel ‘van wat je een fantasiecultus zou kunnen noemen voor ondernemende mannen in Californië’, ultrakapitalisten die ‘niet alleen onsterfelijk [willen] worden, maar ook het hele universum [willen] koloniseren’ en die bereid zijn het lichaam te reduceren ‘tot een keten van data’.

Het woord fantasiecultus is in dit verband interessant. Het is een nog niet eerder in een krant aangetroffen woord, een nieuwe samenstelling met cultus, dat doorgaans figureert in samenstellingen als heldencultus, lichaamscultus en persoonlijkheidscultus, waarin het primair ‘verering’ betekent.

In fantasiecultus heeft cultus een wat ongunstiger betekenis. Naar analogie van gevoelscultus (overdreven aandacht voor het gevoel), zou je fantasiecultus kunnen omschrijven als een op hol geslagen fantasie.

Zoals veel dingen die op hol geslagen zijn, is ook deze fantasiecultus niet ongevaarlijk. O’Connell, de schrijver van De Mensmachine, voorziet dan ook ‘de teloorgang van het idee van persoonlijkheid en volgt de Zweedse filosoof Nick Bostrom als deze zegt dat de machines straks zo almachtig zullen zijn dat ze, niet zozeer uit kwaadaardigheid maar uit loutere onverschilligheid, onze belangen met voeten zullen treden.’ ‘Zo vormt’, concludeert Ten Bos, ‘een rare mix van wetenschap, religie, kapitalisme en onsterfelijkheidsfantasieën van rijkaards een bedreiging voor ons allemaal.’

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *